Nieuwe gezamenlijke aanpak hennepplantages

2 min


Heerlen – De risico’s van hennepplantages worden vaak onderschat en ruimen van plantages werkt onvoldoende. Dat is de reden voor een pilot in Heerlen waarbinnen gewerkt wordt aan een nieuwe aanpak van de hennepproble-matiek. Hierin wordt samengewerkt door politie, Openbaar Ministerie, dienst Domeinen, het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC), Enexis, de Belastingdienst en de gemeente Heerlen. Ambitie is het einde van de overlast en gevaarzetting in de buurten te realiseren en de ondermijning die uitgaat van illegale hennephandel te bestrijden. Daartoe wordt extra ingezet op de aanpak van plantages zodat zo veel mogelijk hennepkwekerijen worden geruimd. Naast het vergroten van de pakkans is het nodig de oorzaken die ten grondslag liggen aan de illegale hennepteelt, weg te nemen.

De ervaring leert dat de illegale hennepteelt veel onveiligheid (o.a. brandgevaar) en overlast in de buurt oplevert en dat er aanwijsbare relaties zijn met de wereld van de georganiseerde misdaad. Bovendien lopen mensen die bezwijken voor de verleiding van het snelle geld dat verdiend lijkt te worden met de hennepteelt, veel risico stevig in de criminaliteit verstrikt te raken of in grote(re) financiële moeilijkheden te komen. Dit leidt tot ondermijning van de samenleving en dat is onacceptabel. Een effectievere aanpak is noodzakelijk waarbij repressie, preventie en nazorg hand in hand gaan.

 

In het bestrijden van de oorzaken en het werken aan de voorkant van het probleem van de illegale hennepteelt past ook de regulering van de wietteelt voor de bevoorrading van gedoogde coffeeshops. Deze regulering is een politiek bestuurlijk streven van de gemeente Heerlen en valt niet binnen de gezamenlijke samenwerking in deze pilot.

Aanpakken – repressie

Binnen de pilot willen we komen tot extra inzet waardoor we de pakkans kunnen vergroten. Aanpakken van illegale plantages en de daarachter schuilgaande criminele organisaties blijft een belangrijk speerpunt. We gaan extra inzetten om zo veel mogelijk plantages zo snel mogelijk te ruimen. Hoe sneller er wordt geruimd, hoe minder interessant het kweken uiteindelijk wordt.

In de nieuwe opzet beslissen we – op basis van alle noodzakelijke informatie – of we het desbetreffende pand gaan controleren. Het streven is om dit te doen binnen een termijn van 14 dagen na ontvangst van een melding.

Bij deze ‘volumeruimingen’ ligt het accent op snel ruimen en samen met partijen als Openbaar Ministerie, Enexis en Belastingdienst de schades en straffen snel afhandelen.

Daarnaast gaan we bij plantages die kansrijk zijn, extra investeren in het verzamelen en combineren van informatie om de pakkans van criminelen achter de plantages te vergroten. Bij het verzamelen en combineren van informatie speelt het Regionaal Informatie en Expertisecentrum (RIEC) een belangrijke rol.

Preventie en nazorg

Naast deze aanpak aan de achterkant van de hennepproblematiek, wordt ook ingezet op de voorkant. Aan de basis overleggen we met GGD en GGZ of er mogelijkheden zijn de preventie van het cannabisgebruik bij jongeren aan te pakken.

Maar er is ook aandacht voor de mensen die door maatschappelijke problemen in de hennepteelt zijn of dreigen terecht te komen. Wanneer we henneptelers uit deze groep alleen maar straffen, wordt hun situatie nog zwakker en worden ze nog afhankelijker van de criminele organisaties. We zullen een alternatief moeten bieden om uit de klauwen van de criminele organisaties te komen. We zoeken met het Veiligheidshuis naar de mogelijkheden en instrumenten om de mensen te helpen zodat ze niet terugvallen in hun oude patroon.

In het kader van de nazorg worden panden waar een plantage geruimd is later nog een of meerdere keren gecontroleerd. Op deze wijze willen we ervoor zorgen dat de betrokkenen blijvend uit het criminele circuit worden gehaald.

 

Gedurende de pilot zullen de beschreven principes worden uitgewerkt en knel- en verbeterpunten worden verzameld, zodat ze constant bijgewerkt kunnen worden. Later zal het project uitgerold worden in heel Limburg.