Omstreeks 08.40 uur houden surveillerende agenten een bestuurder van een personenauto staande voor een verkeerscontrole. Als aan de man wordt gevraagd om zijn rijbewijs te tonen weigert deze en loopt een eindje weg van de agenten. Herhaaldelijke verzoeken om zich te legitimeren maken de man steeds kwader.
Recalcitrant gedrag
Zijn recalcitrante gedrag is reden om hem aan te houden en in de boeien te slaan. Nadat hij achter in de politieauto is gezet, wordt in het voertuig van de man gezocht naar een rijbewijs. Er komen echter geen papieren boven water. Daarna wordt er aanstalten gemaakt om de Vlissinger voor verhoor over te brengen naar het politiecellencomplex Torentijd in Middelburg. Op het moment dat één van de agenten achterin naast de verdachte gaat zitten, geeft deze ineens een kopstoot.
Bekende van politie
Nadat het doopceel van de man is gelicht, blijkt dat hij met een voorwaardelijke schorsing van zijn gevangenisstraf vrij rondloopt. Na overleg met de officier van justitie is de Vlissinger in verzekering gesteld en zal hij vandaag voorgeleid worden aan de Rechter-commissaris. De agent heeft aangifte gedaan van mishandeling.
Extra zwaar aanpakken
De politie tolereert geen verbaal of fysiek geweld tegen politiemensen. Agenten hebben een verantwoordelijke rol in de samenleving en moeten zonder te worden gehinderd hun werk kunnen doen. Afgesproken is dat de straf bij geweld tegen politiemensen altijd wordt verhoogd. De dader wordt niet alleen strafrechtelijk, maar ook financieel aangepakt voor het veroorzaken van schade. Het Openbaar Ministerie brengt de dader zo snel mogelijk voor de rechter en eist driemaal zo hoge straffen. Daarbij kan het Openbaar Ministerie snelrecht of supersnelrecht toepassen. Bij snelrecht vindt de rechtszaak tegen de verdachte binnen veertien dagen na het incident plaats, bij supersnelrecht binnen drie dagen.