Nabij Hoek van Holland zag een collega-kapitein een schip een vreemde koers varen. Hij meldde dit verdachte vaargedrag aan de verkeerspost in Hoek van Holland. Die stuurden er gelijk een schip van het havenbedrijf op af. In verband met mogelijk alcoholgebruik werd vervolgens direct de Zeehavenpolitie gealarmeerd.
Het schip lag inmiddels in de Sint Laurenshaven. De kapitein had hier bij het afmeren een aanvaring gehad met een ander schip waarbij materiele schade is ontstaan. Op het bewuste schip was slechts één persoon in de stuurhut aanwezig, bezig met het manoeuvreren van het zeeschip. De eerste blaastest leverde een F op, waardoor de man mee moest naar het politiebureau. Daar blies hij 1335 ug/l.
Het alcoholgehalte in de adem mag op het water, net als op de weg, maximaal 220 ug/l zijn. Deze schipper had dus zes keer de toegestane hoeveelheid op.