Aan deze controle werd aan Nederlandse kant deelgenomen door de Koninklijke Marechaussee, de Douane en de Nationale Politie, Eenheden Noord- en Oost Nederland en de Landelijke Eenheid, dienst infrastructuur. Aan Duitse kant werkten de Bundespolizei, de Zoll (douane) en de politiekorpsen van de bondslanden Nordrhein-Westfalen, Sachen, Sachsen-Anhalt en Niedersachsen, alsmede het kenniscentrum voor vaartuigcriminaliteit in Konstanz mee. Tegelijkertijd werd ook in Polen een controle uitgevoerd. Daar werd ondermeer nog een man aangehouden bij de grens omdat hij in een gestolen auto reed afkomstig uit Duitsland.
Er is onder andere bij enkele grote grensovergangen gecontroleerd, daarnaast ook in het achterland. De meeste controles waren tussen 16.00 uur en 24.00 uur, maar tijdstippen varieerden soms. Het zwaartepunt van deze controle op de bestrijding van de criminaliteit lag naast het mobiel banditisme, bij verdovende middelen, vreemdelingenwetgeving en mensenhandel en het verhinderen van het illegaal inreizen. Ook werd er gecontroleerd op autodiefstallen. Een bijkomend aspect is de bevordering van de samenwerking tussen de diverse opsporingsinstanties.