Omdat van de verdachte bekend is dat deze zich regelmatig bezighoudt met drugshandel, besluiten surveilleren agenten hem in zijn auto staande te houden voor een algemene controle. In de auto worden een joint, een gripzakje hennep en een pakje met lange vloei gevonden. De agenten sommeren de man om alle drugs die hij bij zich heeft af te geven. Deze zegt niets bij zich te hebben. Omdat de agenten hem niet geloven wordt hij voor verhoor en nader onderzoek meegenomen naar het politiebureau.
Cocaïne en heroïne
In het politiebureau wordt hem nog een keer gevraagd om alle drugs die hij bij zich heeft af te geven. Dan valt op dat de man nogal moeilijk spreekt. Het vermoeden rijst dat hij iets in zijn mond verbergt. Dat blijkt ook zo te zijn: er komen 7 bolletjes cocaïne, 5 bolletjes heroïne en een simkaart tevoorschijn. Om er zeker van te zijn dat hij geen bolletjes heeft ingeslikt wordt de verdachte onderzocht door een GGD-arts. Daarna is overgebracht naar een politiecellencomplex. Hij zit nog vast.