De politie had de verdachte wegens een gepleegde huisvredebreuk op de Wensel van Coberghstraat gearresteerd. Een agent liet de verdachte, die in de handboeien zat, in de politiebus op de achterbank plaatsnemen en deed hem de autogordel om. Toen de agent wilde uitstappen spuugde de verdachte hem in het gezicht. De agent trok de zijdeur van het dienstvoertuig dicht en zag dat de verdachte zich uit de autogordel draaide en tegen de ruit van de zijdeur aantrapte. Daarna werd de verdachte op de vloer van de bus gelegd om verdere escalatie te voorkomen. Tijdens het vervoer naar het cellencomplex beledigde de man de agent. De agent deed aangifte van mishandeling en belediging.